vrijdag 13 april 2012

Into The Abyss (2011)




Into The Abyss gaat helemaal niet over een Abyss. In ieder geval niet over een enorme kloof, diep, diep in de zee. Waar allemaal enge monsters wonen. Zoals haaien, krokodillen, gigantische walvissen en snoekbaarzen. Abyss is volgens een vertaalmachine op internet hetzelfde als afgrond. Zo zie je maar weer dat niet alles wat op internet staat, klopt. Dat verbaast je, niet? Nog even doorzoeken en zelf creatief vertalen en ik kom op iets van bodemloze put. Nog meer zoeken levert peilloze diepte op. Die vind ik wel mooi. Maar nergens staat dat het per se in zee hoeft te staan / liggen / zitten / aanwezig te zijn. Of dat er enorme monsters of snoekbaarzen in leven. Dat heb ik er dan weer zelf bij gefantaseerd. Niet dat ik verwachtte dat Into The Abyss over zeemonsters in een onderwatergrot zou gaan hoor. Daar vergis je je dan weer in.

Al deze tekst is vermijding om iets inhoudelijk over deze documentaire te zeggen. Want een documentaire is het wel. Niet over zeemonsters maar over Amerikaanse monsters. Namelijk twee jonge jongens die op koelbloedige wijze een vrouw en twee kinderen vermoorden om een auto. Ik besloot de film te gaan kijken vanwege de regisseur (Werner Herzog: Grizzly Man, 2005 en Jeder Für Sich Und Gott Gegen Alle, 1974) en omdat ik dacht dat het over een psychopaat zou gaan. En over zeemonsters. Kwam ik even bedrogen uit! Want de film draait helemaal niet om de daders of wat voor mensen dat zijn. Waar de film wel over gaat, werd mij niet duidelijk. En dat ging me na een half uur enorm irriteren.

Into The Abyss begint met een vage proloog van een predikant die ter dood veroordeelden bijstaat in hun laatste minuten. Dan volgt een feitelijke uiteenzetting van de moorden. En wat er dan volgt, ik kan het niet reproduceren. In ieder geval een aaneenschakeling van interviews. Tijdens het kijken kreeg ik de indruk dat de regisseur al associërend in gesprek raakte met betrokkenen en betrokkenen van betrokkenen en vervolgens vergat waar zijn film ook alweer over moest gaan. Zo worden niet alleen de daders geïnterviewd, maar ook een man die lang assisteerde bij de uitvoering van de doodstraf, een of andere vage dude uit hetzelfde dorp als de daders, de dochter van een van de slachtoffers en een barmeisje. Het gemeenschappelijke thema is dat het allemaal indrukwekkende verhalen zijn. Door de veelheid en een gebrek aan een rode draad, verliezen ze echter allemaal aan kracht. Daarnaast wordt helemaal niemand opgegeten door een enorme haai, ook niet aan het eind. Bummer!

Tijdens het kijken ging ik me steeds meer ergeren. De interviewer, die ook de regisseur is, heeft een ontzettend irritante manier van interviewen waarbij hij óf een gesloten vraag stelt óf helemaal geen vraag. Soms lijkt hij bijna letterlijk te zeggen: nu moet je dat zielige verhaal vertellen. Of: nu moet je geëmotioneerd raken. Geregeld moest ik aan De Mannen Van De Radio denken waarbij een Duitse dominee de hele tijd met een Duits accent zegt: Precies ja.

Met het laatste sla ik de spijker op zijn kop: Herzog heeft een onstilbare honger naar zwaar dramatische verhalen en is zo onverzadigbaar dat hij zich compleet verliest in zijn gulzigheid. Hierdoor verliest hij uit het oog dat een dramatisch verhaal op zich niet voldoende is om een interessante documentaire te maken. Ik stel me zo voor dat Herzog bij een auto-ongeluk uitgebreid zou gaan staan kijken en zou vragen (met een Duits accent): Jij hebt veel pijn hè, wat erg voor jou. Vertel maar hoe erg alles ist. Zes uit tien.

p.s. Check die cheesy tagline!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten