donderdag 31 mei 2012

Dagon (2001)




Omdat ik bijna geen boeken lees, kan ik zelden zeggen: het boek was beter. Zelden is echter niet nooit en toen ik Psycho zag, dacht ik: het boek was beter. Niet omdat de film niet goed was, maar omdat je bij het lezen van een boek je je eigen magische wereld creëert die altijd spannender, mooier, leuker en interessanter is dan wat je kunt maken in een film. Door het expliciet maken van beelden is er minder ruimte voor projectie van minder concrete en juist meer magische gevoelens. Ik vergelijk het met het herinneren van een bijzondere droom. Als je wakker wordt uit de droom kun je er een bijzonder of magisch gevoel aan overhouden. Op het moment dat je de droom zo goed mogelijk in beelden probeert te herinneren, verdwijnen de bijzondere er magische gevoelens. De vergelijking met een 3D poster komt ook in me op. Als je er niet gefocust bent, kun je zien wat het is maar als je scherp probeert te kijken, zie je alleen de buitenkant.

Zoals gezegd lees ik zelden of nooit boeken. Dat is echter niet altijd zo geweest. Op de lagere school las ik vrij veel en ook aan het begin van de middelbare school heb ik nog behoorlijk wat gelezen. Ik kan het dus wel. Tijdens een zomervakantie rond mijn dertiende heb ik eens een dikke verhalenbundel van Lovecraft met veel plezier gelezen. De verhalen waren over het algemeen kort en betrekkelijk eng en ranzig. Zeker voor zijn tijd, Lovecraft werd geboren in 1890. Hij werd niet erg oud, op zijn 47ste was hij alweer dood. Lovecraft is Poe+. Kenmerkend voor zijn werk zijn de in verschillende vormen terugkomen prehistorische, buitenaardse monsters, culten en rites. Het woord "ancient" is kenmerkend voor zijn verhalen. Het occulte dus. Lovecraft staat bekend om de Cthulhu mythe, een serie verhalen waarin kosmische monsters voorkomen. Zoek even op Google voor mooie plaatjes.

Alhoewel Dagon ook een verhaal van Lovecraft is, is de film vooral gebaseerd op zijn novelle The Shadow Over Innsmouth. Het verhaal gaat over een groepje vrienden die stranden in een dorpje waar een soort vismensen wonen. Er zijn echter ook elementen uit Dagon: de verering van een prehistorische god / kosmisch monster. In die zin past de film enigszins binnen de Cthulhu mythe. Dagon staat echter niet centraal in het verhaal, helaas! De film wordt daardoor namelijk veel te concreet wat mij betreft. Dit in tegenstelling tot een film die ik laatst zag en ook geïnspireerd was door Lovecraft: Absentia. Die was me weer te weinig concreet. Maar wel behoorlijk spannend. En daar schiet Dagon tekort. Daarnaast is er een gebrek aan gore shit. Alhoewel de scène waarin iemands gezicht eraf gerukt werd toch behoorlijk plastisch was. Maar verder: veel te weinig slijm. Want kosmische monsters zijn slijmerig.

Door het gebrek aan “lurking” en slijm is Dagon niet zo mysterieus, spannend, goor of eng als het had kunnen zijn. Toch vind ik Dagon best een redelijke poging en het eind is typisch Lovecraft, een pluspunt. Ik kom tot een 7 voor de dappere poging.

woensdag 23 mei 2012

Play It Again, Sam (1972)




Mopper, mopper. Cynisch commentaar, ironische opmerking, scherpe observatie. Gedachtestroom expliciet maken en doorgaan over een nutteloos onderwerp wat ergens ook een beetje grappig is. Misschien in combinatie met een woordgrapje of een loos taalfeitje. Iets zeggen over het produceren van tekst. Toewerken naar de volgende alinea. Eventueel een totaal andere aanpak door serieus op de film in te gaan. Proberen niet in herhaling te vallen.

Na de inleiding terug naar de film. In ieder geval ergens in de review iets over het verhaal zeggen. In dit geval een klassieke comedy. Vrouw scheidt van extreem neurotische man (Woody Allen). Bevriend stel probeert hem te koppelen aan een leuke vrouw wat natuurlijk allerlei komische situaties oplevert. Ondertussen groeien Allen en de vrouw (Diane Keaton) steeds meer naar elkaar toe. Mede doordat de man van Keaton steeds aan het werk is. Nadat Allen en Keaton bij elkaar in bed zijn beland, komt de man natuurlijk naar hem toe met het vermoeden dat zijn vrouw een affaire heeft. Oplopende kluchtigheid en uiteindelijk een slot dat net iets anders is dan je verwacht.

Überneuroot Woody Allen doet slapstick. En dat is nogal een specifiek genre waar je van moet houden. Natuurlijk is het geen echte slapstick maar Allen's karakter is zo uit proportie dat het slapstick wordt. En dat is mijn grootste bezwaar bij deze film. Woody is trouwens ook niet een al te best acteur. Dat in combinatie met Woody Allen. Want dat is natuurlijk al bezwaarlijk op zich. Toch heb ik ook goede dingen van hem gezien. Zelig vond ik vrij briljant en bij Whatever Works heb ik hard moeten lachen. In de laatste speelt Allen trouwens zelf niet mee.

Woody Allen speelt in deze film een filmcriticus die grote bewondering heeft voor Humprey Bogart. Zo wordt hij op zijn neurotisch moeilijke momenten door hem bijgestaan en bediend van advies. De slotscène is bijna een kopie van de slotscène van Casablanca en een mooie ode. De titel van de film, Play It Again, Sam slaat op een quote uit de film: Play it, Sam. En dat is een leuk weetje omdat volgens mij de titel van de film bekender is dan de quote zelf. Het is een mooie gelegenheid om iemand te corrigeren die de quote verkeerd gebruikt of je kennis op te dringen over de incorrectheid van de quote. Een andere bekende uit Casablanca die terugkomt in de film, is “Here’s looking at you, kid”.

Vandaag heb ik maar weinig inspiratie voor mijn review, het rolt er niet zo lekker uit. Komt misschien ook door het weer. En de film hielp ook niet. Soms begin ik verkeerd aan de tekst of lukt het me helemaal niet een opening te vinden. Figuurlijk dan hè. En dan raakt het voor mezelf kant nog wal. En zo heb ik dan toch nog een spreekwoord en een taalgrapje weten te verwerken in mijn tekst. De film krijgt een 6½ omdat ik de ode aan Casablanca wel leuk vormgegeven vind en blij was met het wat alternatieve einde. Verder niet grappig en Woody Allen blijft een eikel.

donderdag 17 mei 2012

Love (2011)




Arthouse-farthouse. Oké, een beetje kinderachtig. En zo slecht is deze film helemaal niet. Maar toch. Ergens gaat het jeuken als ik over het verhaal lees op Wiki. Daar kan ik heel psychologisch over gaan doen in de zin dat ik ook kwetsbaar ben en dat moet afweren om me groot te houden. Op die voet zou ik nog wel even door kunnen gaan. Maar dat doe ik niet. Zoals ik hier vaker niet doe. Soms ga ik wel ergens op door. In die gevallen heeft het meestal geen enkele relevantie. Dit is nu ook het geval. Grappig hoe al schrijvend een soort Droste-effect ontstaat, niet? Wie volgt het nog? Ik volg het nog. Want ik schrijf het zelf op. Niet dat er een causaal verband tussen die twee bestaat. Ik kan ook gemakkelijk iets opschrijven zonder er een touw aan te kunnen vastknopen. Überhaupt is de vraag of het mogelijk is een touw vast te knopen aan een stuk tekst. Daar komt bij dat ik mijn twijfels heb over de juistheid van het woord “vastknopen”. Ik vermoed dat het hier gaat om een zogenaamde contaminatie.

Love gaat over een astronaut die alleen in een ruimtestation verblijft en door apocalyptische gebeurtenissen het contact met de aarde verliest. In de eerste instantie snapte ik niet waar de titel op sloeg, maar bij het lezen van Wiki begrijp ik dat het niet alleens slaat als een tang op een varken. Het snijdt hout. Geen dik hout, eerder een twijgje of een latje. De onderliggende boodschap van Love is namelijk dat we niet zonder contact met anderen kunnen of zonder liefde. En dat is een boodschap waar ik niet serieus op in kan gaan. Zeker in het licht van de stijl van de film. Want die doet het meeste denken aan 2001: A Space Odyssey. Vaag en onbegrijpelijk maar toch met het onvermijdelijke gevoel dat het ergens over gaat. En dat intrigeert.

Ik vind het wel mooi zo met deze review. Lekker kort. Net als de film, want die duurde nog geen 85 minuten. Love is een arthouse film die doet denken aan 2001: A Space Odyssey maar ook een boodschap over liefde wil overbrengen. Dat gaat wat mij betreft niet goed samen en ik vind het afdoen aan het mysterie. Gelukkig hoef je niks van de boodschap mee te krijgen als je er niet naar zoekt. In totaal kom ik dan op een 7.

maandag 14 mei 2012

Rise Of The Planet Of The Apes (2011)




De apen zijn het zat! Het is welletjes geweest, de (r)apen zijn gaar. No more monkey business! Het is tijd voor de apenopstand. En als je geen aap bent, ben je mooi in de aap gelogeerd. Ik vind het maar een broodje aap verhaal. En: ook al draagt een aap een gouden ring, het is en blijft een lelijk ding. En dat slaat dan op de aap. Want apen zijn lelijk. En ze hebben een gore apenreet. Dat dacht ik in ieder geval. Maar Rise Of The Planet Of The Apes heeft zo'n hoog Disney gehalte dat de apenreten zijn weggewerkt. En dus ging ik twijfelen. Hebben chimpansees wel vieze apenreten? Zoeken op Google is het devies. Maar zoeken op chimpansee of "chimpansee reet" of "chimpansee kont" geeft wel chimpansees en konten, maar een reet van een chimpansee! Dus wie verlost mij van dit raadsel?!

No monkeys were hurt during the writing of this review. Tijdens het maken van de film ook niet, alle apen zijn geanimeerd. Want apen mogen dan sprekend op mensen lijken en een groot gedeelte van onze genen delen, onze werkgenen hebben ze niet geërfd! Een beetje aan hun vieze apenreet krabben, oe-oe-oe roepen, met poep gooien of gekke bekken trekken, dat kunnen ze. Maar werken, ho maar! Ik vraag me af of het voor het uiteindelijke resultaat wat had uitgemaakt. Rise Of The Planet Of The Apes is een belachelijke film en echte apen hadden dat waarschijnlijk niet anders gemaakt. Gorilla valt paard aan.

Het dieptepunt van de film is het gedeelte waarin de hoofdaap wordt opgesloten in de apengevangenis. Want hij is stout geweest. In mensentermen: hij heeft een delict gepleegd. En dat mag niet. En dan ga je naar de apengevangenis. En de apengevangenis is helemaal niet zo verschillend van de grote mensengevangenis. Er heerst een duidelijke hiërarchie, er zijn sadistische bewakers en het eten is niet te vreten. Ik had even het gevoel dat ik in een of ander gevangenisdrama was beland. Maar dan met apen. What the fuck?! Het viel me nog mee dat de hoofdaap niet probeerde te ontsnappen door met een lepel een gat in de muur te maken. Gorilla houdt huis in vliegende helikopter.

De Planet Of The Apes franchise is al oud. In de eerste instantie was het een Frans boek, voor het eerst uitgegeven in 1963. En wat doe je met een goed verhaal? Juist, dat melk je uit door het te verfilmen. Het origineel kwam uit in 1968. Hollywood is een hongerig monster en wil altijd meer, meer, meer! Dus volgden een aantal sequels: Beneath The Planet Of The Apes (1970), Escape From The Planet Of The Apes (1971), Conquest Of The Planet Of The Apes (1972) en Battle For The Planet Of The Apes (1973). Het concept werd verder uitgemolken met de televisieserie Planet Of The Apes (1974), hoe ze op die titel zijn gekomen! En toen de melktiet bijna droog was, wisten ze er nog een animatieserie uit te knijpen: Return To The Planet Of The Apes (1976). In de jaren zeventig was er nog enige moraal en toen ze zagen dat de melktiet helemaal verschrompeld was, hebben ze haar met rust gelaten.

Maar daar heeft deze eeuw natuurlijk helemaal niets mee te schaften. Het verhaal was niks meer mee te doen, maar oppoetsen en een gebrek aan diepgang opvullen met oppervlakkige special effects kan natuurlijk altijd. Gevolg: de remake: Planet Of The Apes (2001). En wat doe je in dit decennium als er niets meer over is van een origineel concept maar het Hollywood monster toch hongerig is naar makkelijk geld? Juist, dan maak je een prequel! Gelukkig zie ik op IMDb dat het dieptepunt nog niet is bereikt, er wordt genoemd dat er plannen zijn voor een vervolg op dit stukje cinematografische geschiedenis.

Ik zit allang aan mijn taks qua tekst, maar ik zou nog zoveel goede, nuttige en waardevolle dingen kunnen vertellen! Bijvoorbeeld: There's no business like monkey business. Of iets over de inhoud van de film. Maar dat vind ik niet nodig. Ik vond er niet veel aan en het verhaal te dom voor woorden. Wel een leuke Disneyfilm voor kinderen die apen leuk vinden. Niet leuk voor mij dus, ik haat apen! Ik heb trouwens ook wel eens slechtere films gezien: een vijf.

zondag 13 mei 2012

Corman's World: Exploits Of A Hollywood Rebel (2011)




Roger Corman, wat een held! Hij wordt wel de koning van de B-film genoemd, en met recht. Regisseerde 56 films maar is vooral heer en meester op productiegebied: vierhonderdenéén stuks! Hij begon in 1954 en is nog steeds zeer actief met tussen de twee en vijf films per jaar. En er zitten een paar pareltjes tussen: Death Race 2000, Piranha en Sharktopus. Maar zoals het hoort bij de betere B-film en exploitation film: de trailer was beter. Maar wat wil je ook met films die allemaal ruim onder het miljoen blijven? Als ik de documentaire goed heb gevolgd, zat er zelfs een film tussen die in twee dagen was afgerond.

Corman is niet alleen bekend door de enorme hoeveelheid films die hij heeft afgeleverd, hij wordt ook alom geprezen omdat de groten van Hollywood in hun jonge jaren allemaal met hem hebben samengewerkt en de kunst van het filmmaken bij hem hebben geleerd. Jack Nicholson komt in dat kader het meest aan het woord en het is mooi om hem met enige weemoed over de oude dagen te horen praten. Ron Howard, Francis Ford Coppola en Martin Scorsese zijn een aantal grote regisseurs die hun eerste films maakten onder de vleugels van Corman.

Een aantal grote films hebben hun success mede te danken aan de exploitation koning. Zo is Easy Rider een gevolg van twee producties van Corman: The Wild Angels en The Trip. De laatste heb ik gezien, dat zou ik de kijker thuis dan weer niet aanraden. Want Corman heeft leuke dingen gedaan, maar er zit ook flinke poep tussen. Zo vertellen Nicholson en Corman vermakelijk over de productie van The Terror waar in totaal vijf regisseurs bij betrokken waren en waar zelfs Corman van zegt dat het verhaal “enigszins verwarrend” kan zijn. Geloof me, The Terror is geen touw aan vast te knopen en het is gewoon een rukfilm. In de zin van slecht dan hè, niet in die andere zin. Want borsten zitten er niet in.

Corman’s World is een leuke documentaire, vooral geschikt voor de filmliefhebber en kenner maar ook leuk voor de algemeen geïnteresseerde kijker die eigenzinnigheid kan waarderen. Veel filmclipjes, misschien zijn de monsters uit de jaren vijftig nog wel het mooist. In totaal acht uit tien omdat het enigszins oppervlakkig blijft. Niet dat dat erg is trouwens. Prima film voor de zondagmiddag.

Poupoupidou (2011)



IMDb: http://www.imdb.com/title/tt1736636/

Even een inhaalslag, de afgelopen dagen heb ik wel voldoende aan de buis gekluisterd gezeten maar ik had ook een sociaal leven met dito activiteiten waardoor ik geen tijd had, maar ook geen zin, om ook een beetje aan jullie, mijn lieve lezertjes, te denken en hier een mooi verhaal te schrijven waarmee ik dan direct twee vliegen in één klap zou vangen: het schrijven van een leuk stukje en het geven van advies op het gebied van films die je juist wel of niet zou moeten kijken. Hè, dat is een lekker fijn lange zin om mee te beginnen. De kop is eraf! Het spits ook. En wat betreft het laatste is goed op te merken dat zowel het als de spits mag. Mijn reviews hebben dus nog een derde functie, educatie op taalgebied!

Wat stond er deze week ook alweer op het menu? Ik werk van achter naar voor. Gister was het dieptepunt met Haywire (2011). Verbazingwekkend slecht! Geregisseerd door Steven Soderbergh, bekend van onder andere Ocean’s Eleven, Erin Brockovich en Contagion. Dus films die minimaal iets interessants of leuks hebben. Maar zo niet Haywire. Wel grote namen trouwens: Ewan McGregor, Antonio Banderas en Michael Douglas. In hele kleine rolletjes. Type: spionagethriller met een beetje actie. Verhaal: MI6 agente wordt tijdens een missie verraden en wil wraak. Maar geen touw aan vast te knopen! En met geregeld extreem saaie en nutteloze scènes waarvan niemand weet hoe ze in de film zijn beland. Vier uit tien.

Gistermiddag had ik er ook nog eentje, Poupoupidou. Een Franse film waarin een detectiveschrijver in een klein dorp op onderzoek gaat naar de dood van een jonge vrouw die aan het eind van haar leven denkt dat ze de reïncarnatie is van Marilyn Monroe. IMDb vindt het een comedy/crime/mystery maar ik vond het gewoon een drama. In genre dan, want in zijn geheel vond ik de film wel aardig. Het heeft niet veel om het lijf, het is wel leuk om de parallellen te zien tussen het kaasmeisje en Monroe. En het getal 5 speelt een belangrijke rol. Als ik me goed herinner heet dat het thema. Maar wat het nut van de 5 is, weet ik niet. De titel slaat trouwens op het liedje Nobody Else But You maar zoals ik al eerder heb gezegd, het is niet Poupoupidou maar boop-boop-bi-doo. Dus!

Nummer C is Absentia, die kwam donderdag voorbij. Horror, uit het programma van het Imagine Film Festival. Anders had ik ‘m ook niet gekeken, want ik ben wel een beetje klaar met het horrorgenre. Ik heb zoveel troep in mijn leven gezien, qua kwaliteit maar ook qua nare shit, dat ik weinig behoefte heb om daar nog aan toe te voegen. Toch heb ik me weer laten verleiden omdat er in de beschrijving stond dat het een beetje Lovecraftiaans zou zijn. En daar ben ik dan wel weer gevoelig voor. En op zich, het was ook wel een beetje Lovecraftiaans. Maar veel te weinig! Het verhaal gaat over een man die verdwijnt en zijn vrouw na zeven jaar eindelijk een doodsverklaring kan opvragen “in absentia”. Maar dan ontdekken zij en haar zus dat er “iets” is dat hem heeft gesloten naar “het donker”. Maar daar krijg je helemaal niks van te zien! Het is een beetje als een seksfilm op Blue Hustler: heel lang allemaal suggestie maar uiteindelijk krijg je helemaal niks te zien. Boeeeeeeee! Wel wat spannende momenten, zes uit tien.

Zo, dat was het voor de afgelopen dagen. Wat een lap tekst. Tijd om er een eind aan te breien. Wacht, ik vergeet een beoordeling van Poupoupidou: zeven uit tien.

dinsdag 8 mei 2012

Tinker Tailor Soldier Spy (2011)





Wie is de mol? En wie is Karla? Wat is het Circus? En hoeveel geld zit er in het reptielenfonds? Allemaal vragen waar je geen antwoord op krijgt. Behalve de eerste trouwens, want daar draait het verhaal om. Wie Tinker, Tailor en Soldier zijn, dat wordt ook nog uitgelegd. En Control. Waarom ze deze namen hebben werd mij niet duidelijk. Eigenlijk werd mij maar heel weinig duidelijk tijdens het kijken. Zelfs de ontknoping ging enigszins aan me voorbij omdat ik op geen enkel moment begreep wie wie was. Echt zo’n film waarbij ik constant denk: Zit ik niet goed op te letten? Heb ik iets gemist? Is er geknipt in deze gedownloade versie? Wat is hier aan de hand? Mijn conclusie is vervolgens: deze film is te hoog voor mij gegrepen. Op een goede dag dan. Op een slechte dag zeg ik: wat een waardeloze film, deze filmmaker kan er niks van!

Tinker Tailor Soldier Spy is (dus) een spionagefilm. Maar geen typische. Het verhaal speelt zich af in de jaren zeventig en de film zou gemakkelijk in die tijd gemaakt kunnen zijn. Vanwege het lage tempo en het ontbreken van enige flitsendheid. En dat zeg ik zonder daarmee kritiek te willen uiten. Wat de film wel heeft is een heleboel onduidelijkheid en vaagheid. Bij het nadenken erover kom ik vooral tot de conclusie dat er bijna niets concreet wordt gemaakt. Het blijft allemaal schimmig, vluchtig en ongrijpbaar. En dat geeft de film charme. Het is een mooi voorbeeld van een film waarbij de aard van de film samensmelt met het verhaal. Het concrete verhaal is in dergelijke films niet relevant, het verhaal dient alleen het overbrengen van de sfeer. Ik moest tijdens het kijken ook een beetje denken aan The Conversation, waar iets vergelijkbaars gebeurd.

Gary Oldman bewijst in deze film opnieuw dat hij een briljante acteur is door de hoofdrol te hebben en toch totaal onzichtbaar te zijn. Zelfs zijn stemgeluid laat geen herinnering achter, hij is de perfecte spion: ingehouden, onopvallend, stil en onzichtbaar. De rol is passend bij Oldman omdat hij geen opvallende karakteristieken heeft die je altijd blijft zien, zoals de lach van Jack Nicholson. Ik vind dat een prestatie, alles wat je kenmerkt loslaten om zo helemaal op te kunnen gaan in je rol. Naast Oldman heeft ook John Hurt een kleine rol. Bij hem valt me altijd weer op hoe zijn gezicht perfect past bij zijn naam.

Spionnen dus. En dus een verhaal wat niet te begrijpen is. Dat vond ik toch wel een beetje irritant. Het gebrek aan tempo geeft wel een mooie sfeer maar verveelde me op een gegeven ook. Tinker Tailor Soldier Spy is wat mij betreft een film die je moet kijken om de sfeer. Eigenlijk echt een Arthouse film. En daar ben ik niet zo heel superdol op. Toch vond ik deze wel mooi in zijn ongrijpbaarheid. Ik doe gewoon weer een 7½.

maandag 7 mei 2012

My Week With Marilyn (2011)




Norma Jeane Mortenson, ofwel Norma Jeane Baker,ofwel Marilyn Monroe. Het verschil in achternamen heeft te maken met het feit dat moeder met beide mannen (Mortenson en Baker) getrouwd is geweest. Monroe is echter waarschijnlijk van geen van beiden de dochter, maar van Charles Stanley Gifford. Drie namen voor één persoon waarbij geen van de achternamen klopt. Monroe zelf trouwde drie keer, voor het eerst toen ze zestien was, om te voorkomen dat ze terug naar het weeshuis moest. Moeder zorgde namelijk al lang niet meer voor Marilyn daar zij (onder andere) verslaafd was. Marilyn scheidde ook drie keer. In totaal ging ze vijf keer in psychoanalyse, waaronder bij Anna Freud. Uiteindelijk heeft het niet mogen baten, Marilyn Monroe is uiteindelijk bezweken aan haar problemen toen ze op zesendertigjarige leeftijd een overdosis slaappillen nam.

De film gaat niet over het hele leven van Marilyn Monroe, maar over de periode in 1957 waarin ze speelde in The Prince And The Showgirl. Gebaseerd op de dagboeken van een van de assistenten van de regisseur die steeds persoonlijker contact krijgt met Marilyn. De assistent dan, de regisseur kan haar wel schieten. En hij is niet de enige, ook tijdens de opnames van Some Like It Hot waren er velen op de set die Monroe niet konden uitstaan. Ze zou compleet haar eigen gang gaan en over het algemeen onaangenaam in de omgang zijn. En daar kan ik me wel wat bij voorstellen.

Maar over het laatste gaat de film eigenlijk niet. Het gaat meer over haar andere kant, namelijk haar vermogen anderen te verleiden en aan haar te binden. Om ze vervolgens weer keihard aan de kant te zetten. Maar haar kinderlijke charmes en maniertjes maken dat het haar steeds weer vergeven wordt. Elke man lijkt te denken: ik kan haar redden, ik kan haar helpen. Ze geeft hen feilloos het gevoel dat ze anders zijn dan de rest, dat ze een speciale band met haar hebben, dat zij niet door haar in de steek gelaten worden, enzovoort, enzovoort. De tragiek zit er natuurlijk in dat zij niet anders kan. Ze kan slechts steeds het patroon herhalen.

De psycholoog in mij is altijd aan het werk en wil de wereld netjes sorteren en in hokjes verdelen. Om dat te kunnen bereiken, moet ik de werkelijkheid soms wat geweld aandoen dus dienen mijn analyses hier met een flinke korrel zout te worden geserveerd. Dat gezegd hebbende, vind ik in deze film mooi naar voren komen hoe een theatrale persoonlijkheidsstoornis eruit kan zien en hoe dat voelt in het contact. Vooral het beroep dat op je gedaan kan worden dat je de ander moet redden, de kinderlijke emoties, het oppervlakkige van het geheel maar ook het aantrekkelijke en het verleidelijke. Het zit er allemaal in.

Zeveneneenhalf uit tien.

donderdag 3 mei 2012

Choi-Jong-Byeong-Gi Hwal (2011) [Arrow, The Ultimate Weapon]




Het Imagine Film Festival is weer voorbij. Gelukkig dat ik nooit naar de bioscoop ga, anders was ik een hoop goede films misgelopen. Dus thank God for the internet. Lekker alles downloaden. Want er zitten soms pareltjes tussen bij het IFF. Twee jaar geleden Symbol en een paar andere hoogvliegers. Dit jaar volgens mij The Raid, maar die kan ik nog nergens vinden. Oh, en natuurlijk de film die The Asylum heeft gebruikt voor hun rip-off “Nazis At The Center Of The Earth”: Iron Sky. Maar die kan ik ook nog niet vinden. Helaas, want ik heb er nu al zin in!

Geen dwaze actie met of zonder Nazis dus, wel pijl en boogschieten. En veel drama. Waar ik totaal geen zin in had, dus dat schoot me in het verkeerde keelgat. Zeker omdat op de site van het IFF iets stond van zinderende of non-stop actie. Geloof het niet! De eerste 50 minuten dacht ik geregeld: stop, actie! Maar de film zei "non". Terwijl het niet eens een Franse film is. Gek hè?

Alinea drie. Iets over het verhaal? Saai om iets over het verhaal te zeggen omdat het verhaal niet echt interessant is. Een grote pijl en boogschieter wordt vermoord en draagt zijn zoon op voor zijn jongere zusje te zorgen. In een klein dorp met vechtkunstleraar krijgen ze onderdak en de zoon les in pijl en boogschieten. Dan wordt het dorp overvallen door het leger van de prins en wordt er bruut gemoord. En dan wil de zoon wraak, mwuhahahaha! En dit allemaal in het oude China. Wanneer weet ik niet precies, maar wel lang geleden. Ergens deed het met denken aan Robin Hood.

Soms zit er wat slapstickachtige humor in. Waarom is mij een raadsel. Ik vond het niet grappig. Misschien was het ook niet grappig bedoeld. Wat zit er nog meer in de film? Menselijk drama, maar niet erg interessant gebracht. Ook niet heel slecht hoor, daar niet van. Verder nog wat pijl en boogschieten en zwaardvechten. Alles bijelkaar niet al te interessant.

Conclusie en resumerend. Chinese ridderfilm over wrede overheersers met dramatische kanten. Ik vond het kaas nog vis. Niet echt mijn ding, zeker niet in het kader van het IFF want daar vond ik hem een beetje te gewoontjes voor. Ik denk trouwens dat er zat mensen zijn die dit wel een leuke film vinden. Ik doe een 6,7 uit 10.