dinsdag 29 november 2011

El Topo (1970)




Wat begint als een bloederige western verandert al snel in een Jodorowsky film. En dan mag je zelf bepalen waar het over gaat. Voor wie geen films van deze regisseur heeft gezien, Alejandro Jodorowsky maakte hardcore arthouse films. Dit was nummer drie voor mij, na The Holy Mountain en Santa Sangre. Eigenlijk raar, want ik houd helemaal niet van arthouse. En daarbij geldt: drie is teveel.

De reden dat ik me toch aan dit vehikel heb gewaagd, is dat hij werd genoemd in de documentaire Midnight Movies: From The Margin To The Mainstream. De documentaire gaat over de opkomt van vreemde en duistere films in de jaren zestig en zeventig. Midnight Movies waren films die te vreemd (en te ranzig) waren voor het gewone bioscooppubliek en door kleine bioscoopjes in dito uurtjes werden gedraaid. Een groot succes in deze jaren en een cultfenomeen. En een genre waar ik me wel in kan vinden. De bekendste voorbeelden van Midnight Movies zijn El Topo (1970), Night Of The Living Dead (1968), The Harder They Come (1973), Pink Flamingos (1972), The Rocky Horror Picture Show (1975) en Eraserhead (1977). Pink Flamingos is wellicht mijn favoriet uit het rariteitenkabinet van de film, dus iets wat in die context genoemd wordt, moet ik zien.

De preview van El Topo en de context van Midnight Movies heeft me op het verkeerde been gezet. Of misschien wilde ik me graag op het verkeerde laten zetten, want ik hoop altijd op een pareltje tussen de zwijnen. Helaas was El Topo dat toch niet helemaal. Het is een typische Jodorowsky film: vaag, arthouse, meer een droom dan een film en met veel verwijzingen naar de Bijbel. Misschien kun je de film zelfs zien als het leven van Jezus. Maar om dat te kunnen beweren zou ik echt meer van de Bijbel moeten weten. Al en met al toch een typische Midnight Movie want hij is bloederig, gewelddadig, met veel naakt en extreem vaag. Jammer genoeg net niet mijn soort vaag. Blijkbaar heb je daar ook soorten in.

Genoeg woorden hierover omdat ik me niet kan voorstellen dat iemand deze film gaat kijken of zelfs gezien heeft. Nou ja, laat ik mijn faceboek vrienden niet onderschatten. Ik weet in ieder geval één persoon die zich eraan gewaagd heeft. Als je Jodorowsky nog nooit gezien hebt, is deze film best de moeite waard, mits je van arthouse houdt. Hij is ook de moeite waard als je groot fan bent van Jodorowsky, maar dan heb je hem waarschijnlijk al gezien. Voor alle andere, normale, mensen is deze film niet geschikt. Omdat een 7 te hoog klinkt, geef ik een 6,9 uit 10.

zondag 27 november 2011

Vertigo (1958)




Vertigo komt van het Latijnse woord “verto”, een wervelende of draaiende beweging. Het is een vorm van duizeligheid, namelijk draaiduizeligheid. Vertigo is geen hoogtevrees! Ondanks wat sommige websites beweren. Een combinatie van vertigo en hoogtevrees komt voor maar is niet verplicht. Je kunt het een hebben zonder het ander. Ik heb gelukkig geen van beide. Ter compensatie heb ik recidiverende depressies. Maar daar word je niet draaierig van, hoogstens een beetje duizelig of licht in je hoofd als het echt heel erg is.

De film Vertigo is een klassieker uit 1958 van The Master Of Suspense, Alfred Hitchcock. Het verhaal gaat over een gepensioneerde detective, met vertigo en hoogtevrees, die door een vriend gevraagd wordt om diens vrouw te schaduwen. Ze gedraagt zich namelijk nogal vreemd, de vriend vermoedt dat ze bezeten is door een geest van haar overgrootmoeder. Met tegenzin neemt de detective de zaak aan en raakt verwikkeld in een zaak waar hij zich niet meer los van maken.

Ik heb veel films gezien maar ik heb eigenlijk niet veel verstand van cinematografie. En bij Hitchcockfilms gaat het daar volgens mij wel vaak om. Nou kan ik natuurlijk heel Wikipedia doorspitten en hier ophoesten, maar dat vind ik een beetje loos. Ik kijk zelden naar de manier van filmen, mijn interesse ligt eerder in de sfeer die ontstaat en het verhaal dat verteld wordt. En wat betreft het laatste doet Hitch zijn naam eer aan, ik vond het nog best spannend! Toch wel een prestatie voor een film van ruim vijftig jaar oud. Met ook nog eens een verassende plotwending.

Eigenlijk heb ik niet zoveel interessants over deze film te melden. Het is een ouderwetse thriller die het rustig aan doet. Misschien wel door de stijl van Hitchcock word je gemakkelijk meegenomen in het verhaal. Hierdoor bleef ik in ieder geval geïnteresseerd kijken, 7½ uit 10.

zaterdag 26 november 2011

Shinboru (2009) [Symbol]



IMDB: http://www.imdb.com/title/tt1410261/

Je kunt het aan de Japanners overlaten om iets totaal onbegrijpelijks te maken. In dit geval weet ik ook niet goed waar te beginnen, dus begin ik maar met bij het begin. Dat is in dergelijke gevallen vaak de beste tactiek. Of in ieder geval, de meest gestructureerde tactiek. Maar eigenlijk moet ik niet zoveel van deze loze tekst schrijven, anders krijg ik het hele verhaal hier niet op papier.

De film bestaat eigenlijk uit twee zeer verschillende films die door elkaar heen zijn gemonteerd. Fragmenten van de twee films wisselen elkaar af. De eerste gaat over een Mexicaanse worstelaar in een klein dorpje in aanloop naar een groot gevecht. Deze film is qua verhaal het meest normaal (tot op zekere hoogte) maar in de context van de gehele film het vaagst. De tweede film gaat over een Japanse man in een zeer hippe pyjama in een geheel witte kamer zonder deuren of ramen. Op de muren zitten een soort hendeltjes die, als je erop drukt, ervoor zorgen dat er allerlei voorwerpen de kamer ingegooid worden door onzichtbare luiken. Logisch toch?

Het verhaal van de Mexicaanse worstelaar laat ik buiten beschouwing want ook na de derde keer kijken begrijp ik niet waar dat over gaat. Wat trouwens niet betekent dat ik het niet goed of interessant vind. Tegen het eind van de film wordt het verband wel iets duidelijker, maar veel is het niet. Toen ik na een jaar de film voor de tweede keer zag, dacht ik bij het zien van de eerste scène dat ik de verkeerde had opgezet. Zo vaag is het dus (in het kader van de rest van de film).

Het verhaal van de Japanse man in de witte kamer vind ik interessanter omdat het zoveel ruimte geeft om je eigen interpretaties te bedenken. Wat mij betreft gaat het (ook) over hoe een mens zich ontwikkelt gedurende zijn leven. In de eerste instantie kan hij nog niks en doet hij maar wat. Na een tijdje ontdekt hij basale alsdan regels over zijn gedrag. Door hiermee te spelen en te oefenen, leert de mens steeds complexere problemen oplossen. Gedurende dit hele proces leert hij ook hoe verwachtingen, geluk, toeval en de wil zijn leven bepalen. Dit laatste blijkt volgens mij uit hoe de “hendeltjes” werken, ze worden door meerdere factoren beïnvloed.

Uiteindelijk houd ik het toch betrekkelijk kort. Mijn interpretaties hebben alleen zin als je de film gezien hebt, anders is het vooral vaag gelul in de ruimte. Waar trouwens niks mis mee is. Je moet de film gewoon zien om te begrijpen waarom hij zo goed is. En misschien kun je me dan ook vertellen wat de functie is van het verhaal over de Mexicaanse worstelaar. Wat betreft het verhaal van de Japanner: zeer origineel, mooi gemaakt en op momenten hilarisch. Zijn pyjama alleen rechtvaardigt al een score van 9 uit 10.

donderdag 24 november 2011

Cowboys & Aliens (2011)




Hoge verwachtingen zorgen voor diepe teleurstellingen. Wat betreft films is dat vaker regel dan uitzondering, zeker als het gaat over hedendaagse (Hollywood) films. Volgens mij heb ik in een eerdere review daar al iets over gezegd, maar ik weet niet meer precies wat. Doet er verder ook niet toe, want ik was niet van plan om daar over uit te weiden. Maar, ook zoals eerder gezegd, zo heb ik toch weer een alinea vol!

Cowboys & Aliens gaat over cowboys en aliens. De naam zegt het eigenlijk al. En de naam is precies wat de film is: een film over cowboys en aliens. Niet meer en niet minder, maar dan vooral niet méér. Normaliter zou dat prima zijn, maar je moet nog wel iets toevoegen. Vette actie bijvoorbeeld. Of suspense, ben ik ook dol op. Een goedbedachte dramatische wending, ook prima. Zelfs een standaard Hollywood sausje zou het geheel nog wat smaak kunnen geven. Maar niets van dat alles.

Wellicht vraag je je nu af: cowboys en aliens, dat is toch kei grappig? Dat had ik in ieder geval wel gedacht. Het zijn namelijk twee nogal contrasterende thema’s. Als je een film à la Once Upon A Time In The West zou maken en Clint Eastwood blijkt opeens een vermomde alien te zijn, dan zou dat toch minstens verassend zijn! Een dermate groot contrast nodigt uit om fijne grappen en grollen over te maken, niet? Niet! En het is niet zo dat mijn stemming hier roet in het eten heeft gegooid. Ook was ik niet dronken. Nee, er is volgens mij letterlijk niet één grap gemaakt. En dat is minder dan het aantal grapjes in The Lord Of The Rings, de meest humorloze film aller tijden.

Nog even snel het verhaal. In het Wilde Westen wordt een man wakker met een mysterieuze armband. Hij is zijn geheugen kwijt. In een stoffig dorpje heeft hij een treffen met de zoon van de baas. Dan komen er opeens schietende aliens in vliegtuigjes die een aantal mensen ontvoeren. Omdat daar ook geliefden en zoons tussenzitten, gaat iedereen op zoek naar de aliens om ze te verjagen. Eindgevecht, positieve epiloog, einde.

Niet slecht gemaakt, wel gewoon saai vanwege de totale nietszeggendheid. Het is een beetje als een bord gekookte aardappelen: niet vies, maar iemand uitleggen hoe het smaakt? Zes uit tien dus.

woensdag 23 november 2011

Batoru Rowaiaru (2000) [Battle Royale]




Survival òf the fitness. Of niet hè. Aldus de mannen van de radio. Zo ook hier. Eigenlijk is Battle Royale een moderne uitvoering van Lord Of The Flies. Maar er zitten ook elementen in die passen bij het verhaal van Nineteeneightyfour die ik niet goed kan benoemen. Misschien loop ik wat te hard van stapel en zijn er ook mensen die de film niet gezien hebben. Beginnen bij het begin is dan het devies. Wie weet wat een devies eigenlijk is?

Het nieuwe millennium is begonnen en in Japan breekt de crisis uit. Miljoenen arbeiders zijn werkloos en kinderen weigeren naar school te gaan. Hierdoor slaat de angst toe bij de volwassenen. Om de jeugd in het gareel te houden, wordt een nieuwe wet aangenomen. Deze wet staat toe dat eens in de zoveel tijd een groep jongeren op een eiland wordt gedropt die moeten vechten op leven en dood. Iedereen krijgt een ander wapen, bijvoorbeeld een mitrailleur, een bijl of een verrekijker. Er zijn geen regels, degene die na drie dagen nog leeft, wint. Slechts één kan het eiland levend verlaten. Om te voorkomen dat meerdere personen overleven en in de gaten te houden wie er leeft, draagt iedereen een exploderende halsband. Klinkt bekend, niet? Dat van die halsband dan, dat is wel eerder gedaan. In ieder geval in The Running Man (1987) met Arnold Schwarzenegger en Wedlock (1991) met Rutger Hauer.

Een klas van 42 leerlingen wordt op het eiland gedropt. Goed voor 41 doden die behoorlijk bruut in beeld gebracht worden. Een gewelddadige film, dat zeker. En ook erg kil, sommige leerlingen doen al snel fanatiek mee aan het spel en vermoorden zonder blikken of blozen hun klasgenoten. In dat kader heeft de film overeenkomsten met Lord Of The Flies: Hoe lang houdt het beschaafde en sociale in de mens stand als je leven op het spel staat? Het grote verschil tussen de twee films is dat de dood in Battle Royale veel explicieter aanwezig is waardoor de deelnemers sneller tot extreme acties overgaan. Blablabla, wat een kletspraat eigenlijk.

Op Wikipedia las ik wat interessants over deze film: “As a fifteen year old, Kinji Fukasaku was made to work in an ammunitions factory with his class during World War II. In July 1945, the factory came under artillery fire. The children could not escape so they dived under each other for cover. The surviving members of the class had to dispose of the corpses.” Zo over van de werkelijkheid staat de film dus niet… Andere maatschappijkritische noten die je erin zou kunnen zien, zijn bijvoorbeeld: Wat gebeurt er als je kinderen een wapen geeft? En: De angst van volwassenen voor de jeugd.

Goed, heel veel te zeggen over deze film. Ik vond hem vooral goed vanwege het (toen nog) originele verhaal en het compromisloze geweld. Ook interessante vanwege de verschillende maatschappijkritische kanttekeningen die de film plaatst, acht uit tien?

dinsdag 22 november 2011

Harry Potter And The Deathly Hallows: Part 2 (2011)




Na jarenlang verzet tegen de hype heb ik een jaar geleden de strijd gestaakt en ben ik toch maar aan de Harry Potter films begonnen. De belangrijkste reden was dat ik vond dat ik wat minder koppig mocht zijn en dat ik door mijn vasthoudendheid misschien een leuke film zou mislopen. Daarnaast was ik depressief en was het vooruitzicht van 6x 2,5 uur hersenloze beeldvulling ook erg aantrekkelijk. Omdat het laatste deel toen nog niet uit was, heb ik ook het een na laatste deel laten liggen. Ik vermoedde dat de helft van het einde slechts frustratie zou opleveren. En dat had ik goed gezien.

Eerst kort wat over de voorgaande Harry Potter films. De eerste film vond ik redelijk origineel en verder vrolijk, fantasierijk en speels. Prima vermaak voor het hele gezin in de donkere dagen. Maar ook geschikt voor volwassenen die van sprookjes houden. Deel twee en drie waren ook goed te pruimen alhoewel ik ook vond dat ze weinig toevoegden aan het eerste deel. De filmserie gaat wat mij betreft daarna bergafwaarts. De vorm van het centrale verhaal blijft ongeveer hetzelfde en het secundaire verhaal (Voldemort) gaat steeds meer ruimte innemen. Zelfs zoveel dat deel vier en vijf blijven bungelen tussen het centrale en het secundaire verhaal. Deel zes is qua verhaal eigenlijk meer het eerste deel van het einde, waarbij het einde dan een trilogie is.

Maar dan deel zeven (Deathly Hallows Part 1). Dat is echt niks. Ten eerste ergerde ik me aan het feit dat de film niet los gezien kan worden van de voorgaande zes delen. Aangezien ik geen groot fan ben, stond niet alles even helder voor de geest dus ik vroeg me de helft van de tijd af wie wat waarom aan het doen was. Daarbij vind ik dat als je besluit een film in twee delen uit te brengen, elk deel afzonderlijk de moeite waard moet zijn en iets van afbakening moet hebben. Dat heeft deel 1 totaal niet. Ik vond het verder saai en humorloos.

Gelukkig kan het laatste deel er direct achteraan. Duidelijk minder slecht met meer actie en verhaalontwikkeling maar veel te weinig grapjes. In combinatie met het vorige deel eigenlijk gewoon The Lord Of The Rings voor kinderen. Drie ventjes op een queeste voor een magisch item die de drager ervan heel gemeen en boos maakt. Veel lopen. Aan het einde een groot gevecht tussen goed en kwaad in een kasteel. Goed wint. The end. Totaal niet origineel, veel te weinig humor en luchtigheid en het voegt weinig toe aan de voorgaande delen.

Conclusie: Ga vooral de eerste drie delen van Harry Potter kijken als je houdt van sprookjes, fantasy en feelgood films. De laatste twee delen zijn wat mij betreft alleen interessant voor de Harry Potter junks en degenen die met eigen ogen moeten zien dat het goed afloopt. Ook zeer geschikt voor mensen die The Lord Of The Rings te eng vonden: 5,3 uit 10 voor de twee delen samen.

p.s. Ik vond het geanimeerde stukje over de Deathly Hallows wel erg mooi gemaakt!

woensdag 16 november 2011

Margin Call (2011)


Oplichters zijn het! Maar hoe ze het doen, of wat ze doen, wordt me na het zien van Margin Call nog steeds niet duidelijk. Het mysterie van de beurs. Eigenlijk is het een grote goocheltruc. Een soort machine. Aan de ene kant stop je er “verwachtingen” in, dan zegt het apparaat allemaal ingewikkelde woorden die geen betekenis hebben in de echte wereld (obligaties, buitengewoon dividend, amortiseren, claimemissie en liquiditeit) en aan de andere kant komt er dan een berg geld uit! Wat is de moderne economie toch een wonder.

Elk logisch denkend mens snapt dat er hier iets niet klopt. Beurshandelaars worden stinkend rijk terwijl ze geen arbeid of product leveren. En dat kan helemaal niet, want waar komt dat geld dan vandaan? Van de gewone mensen natuurlijk! Zonder dat we het doorhebben worden onze centjes ingepikt. Je ziet er niks van, je bankrekening blijft gewoon hetzelfde aangeven. Totdat er een echte crisis uitbreekt en je opeens geen baan meer hebt, je hypotheek niet kunt betalen, je spaargeld is verdampt of iets anders waardoor het droog brood eten wordt. Gelukkig is het momenteel nog niet zover, maar eerlijk gezegd denk ik dat het onvermijdelijk is. Want de balans is scheef. En als het op een gegeven moment misgaat, gaat het ook echt mis. Denk ik.

Maar niet alleen de beurshandelaars hebben hier schuld. Natuurlijk heeft iedereen hier letterlijk schuld aan (merk op hoe ik hier correct het woord letterlijk gebruik!). Want wie goochelt er niet als de beurshandelaars met zijn eigen geld? Rood staan, een hypotheek, studieschuld, kopen op de pof. Allemaal voorbeelden van kunstenmakerij in de grote illusie die wij de economie noemen. En terwijl het eigenlijk zo simpel is. Maar dat ga ik hier niet uitleggen, dat vind ik nu een beetje te ingewikkeld. De kern van het verhaal zou zijn: geen geld uitgeven dat je niet hebt.

Dit zegt natuurlijk nog niet zoveel over de film. Maar dat deed ik expres, want over de film is eigenlijk niet zo heel veel te zeggen. Het verhaal gaat over de vooravond van de voorlaatste grote economische crisis (die met de Amerikaanse hypotheken). De firma die hier schuld aan heeft, ontdekt een foutje in de berekeningen. Oeps! Wat te doen? Nou, als we iedereen in de reet neuken voordat zij ons in de reet neuken, komen we nog met een hoop geld weg! Goed plan baas. Geen documentaire, wel interessant. Goed geacteerd en hier en daar een paar interessante observaties. Het is eten of gegeten worden! 7 uit 10.

Oh, wacht. Die dude met die wenkbrauwen, what the fuck?!

dinsdag 15 november 2011

Shark Night 3D (2011)




Wat de poster en naam ook mogen suggereren, Shark Night 3D is geen monstermovie maar een slasher. Met alle verplichte ingrediënten: een groepje tieners/twintigers van de bekende samenstelling (de babe, de nerd, de hunk, de goofball, de virgin, etc.), een vakantiehuisje in de middle of nowhere, een geheim in het verleden van een van de hoofdrolspelers en een paar Hillbilly’s. Ook het verloop is als een slasher: in de eerste vijftien minuten worden de karakters voorgesteld aan de kijker, vervolgens begint de reis naar “de gevaarlijke plek” waar ze ook de Hillbilly’s voor het eerst tegenkomen. Dan valt al snel het eerste slachtoffer zonder dat het hoe en waarom helemaal duidelijk wordt. Paniek. Het groepje valt uit elkaar waardoor de kijker denkt: blijf toch bij elkaar! Een voor een worden ze afgeslacht. Maar de maagdelijke held(in) weet door zijn/haar puurheid te overleven. Met of zonder zijn/haar tegenspeler.

Een slasher dus, ik ben zwaar teleurgesteld! Natuurlijk had ik wel op IMDB gezien dat deze film slechts een 4,2 kreeg. De kans dat het toch een leuke of goede film is, wordt dan wel heel erg klein. Maar zoals mijn lezertjes weten, heb ik iets met haaien. Kijken dus. Mede vanwege de titel en poster. Ik verwacht niet veel, wel een beetje te pruimen haaienfilm. Natuurlijk niet beter dan Jaws, maar toch iets beter dan de bagger aan haaienfilms die daarna zijn uitgebracht? Want deze film is nieuw, heeft budget en gaat de bioscoop in, dan kan er toch niet veel misgaan? Tja, dat is maar hoe je het bekijkt. Want als slasher is deze film best origineel door het moorden uit te besteden aan de haaien. Al monstermovie is Shark Night een totale mislukking. De rol van de haaien is te marginaal en ze hebben geen speciale eigenschappen waardoor ze angstaanjagend worden.

Shark Night zit in een spagaat. Aan de ene kant een slasher, aan de andere kant een monstermovie. En dat laatste zit hem natuurlijk in het gebruik van haaien maar ook in de vele referenties aan Jaws. Zo is de openingsscène bijna identiek aan de openingsscène uit Jaws. De hond die apporteert in het meer en terugzwemt, heb ik ook eerder gezien. En zo zijn er nog meer overeenkomsten: de waterskiër die aangevallen wordt, het net op tijd terugzwemmen naar de houten pier en de aanval op de haaienkooi. Tenslotte vond ik de Hillybilly nogal lijken op Quint. Ik houd er wel van, refereren naar andere films. Maar dan moet het wel ergens op slaan. En het slaat ergens op als de films genregenoten zijn. Dat is het maken van referenties een beetje als zeggen: Kijk, dit is mijn grote broer. Omdat het in dit geval geen genregenoten zijn, wordt het meer als zeggen: Kijk, die is iemand die ik net op straat tegen ben gekomen. Loos dus.

Het originele van Shark Night 3D is dat je denkt dat je een monstermovie hebt besteld, maar je uiteindelijk een slasher voorgeschoteld krijgt. Daar kan ik de lol wel van inzien. Jammer genoeg is de slasher die je vervolgens voor je krijgt, totaal smakeloos. Geen leuke grapjes (ja, eentje over je moeder), geen spanning, geen overdreven splatter, geen knipoog en zelfs geen borsten! En vooral dat laatste is natuurlijk een ernstig gebrek, voor straf 5 uit 10.

maandag 14 november 2011

Stranger Than Fiction (2006)




Hoe je het ook wendt of keert, Will Ferrell is gewoon een goed acteur. Het probleem is echter dat hij geregeld in domme komedies speelt waardoor hij nooit serieus genomen wordt. Hetzelfde geldt voor Jim Carrey. Zonde, want beide acteurs vind ik indrukwekkend als ze in de juiste film spelen. Carrey bijvoorbeeld in Man On The Moon en The Truman Show en Ferrell in Everything Must Go en nu dus in Stranger Than Fiction.

De film gaat over Harold, een nogal stijve belastinginspecteur die dwangmatig dingen telt. Zijn leven is saai en routineus. Totdat hij op een dag een stem hoort die zijn leven blijkt te vertellen. Harold ontdekt dat hij niet gewoon een persoon is, maar een karakter uit een boek. En als dat nog niet erg genoeg is, hoort hij de stem zeggen dat hij een dezer dagen de dood zal vinden! Harold gaat op zoek naar zijn schrijver om aan zijn noodlottige eind te ontsnappen.

De kern van de zoektocht is het antwoord op de vraag: is dit een komedie of is dit een drama? In een komedie trouwen de twee ogenschijnlijke tegenpolen, in een drama gaan ze allebei dood. Door de mogelijke plot zo te expliciteren, krijgt de film iets zelfkritisch. Wat bij mij bonuspunten oplevert. Daarnaast werkt het expliciteren van de plot en het concept van een verhaal in een verhaal zoals een schilderij van Escher: ergens klopt er iets niet en dat maakt het fascinerend.

De oplettende lezer zal nu wellicht denken: Hee, dit verhaal ken ik! En dat klopt. Want in hetzelfde jaar dat Stranger Than Fiction uitkwam, kwam ook Ober uit van Alex Van Warmerdam. De film is op een aantal punten verschillend, maar de kern van het verhaal is hetzelfde. Wie wat van wie heeft gejat, is mij tot op heden niet duidelijk. Wellicht ligt er een bestaand verhaal ten grondslag aan beide films? Wat betreft de versie van Van Warmerdam moet ik wel zeggen dat ik die beter vind. Gewoon omdat ik hem als regisseur en acteur zo goed vind maar ook omdat de film wat zwartgalliger is. Stranger Than Fiction is uiteindelijk onmiskenbaar Amerikaans.

Al met al is Stranger Than Fiction een vrolijke film met wat drama en romantiek. Een fantasierijk en wonderbaarlijk verhaal dat met overtuiging wordt gebracht. Daarnaast voldoende grappige momenten en geen getreuzel of geneuzel. Eigenlijk een standaard romcom, maar doordat het personage zelfbewust wordt, juist weer niet. En dat is vrij briljant bedacht, vind ik. 8 uit 10

zaterdag 12 november 2011

The Terminal (2004)




Ziek en/of depressief op de bank, wat het ook is, in ieder geval beide zeer geschikt om me lekker te nestelen voor The Terminal. Van Steven Spielberg en met Tom Hanks, dus feelgood zonder nadenken. Bij mijn review van Super 8 heb ik Steven Spielberg nog flink lopen afzeiken, maar hier moet ik toch een beetje water bij de wijn doen. Gelukkig drink ik geen wijn, dus voor mij gaat er niks verloren. Ik kan me voorstellen dat grote wijnliefhebbers zullen zeggen: Doe het niet, doe het niet! Maar ik heb daar eigenlijk geen boodschap aan.

Natuurlijk heb ik The Terminal al een keer gezien. Niet alleen in gezapte stukjes op de tv, maar ook in zijn geheel een paar keer. En weer viel hij niet tegen. Dat komt wat mij betreft doordat Spielberg in deze film net een iets andere draai heeft gegeven aan zijn vaste thema’s. Het liefdesverhaal heeft bijvoorbeeld maar een klein rolletje en loopt niet goed af. En het verplichte thema “familie” is veel meer symbolisch in beeld gebracht dan Spielberg normaal doet (zoals in War Of The Worlds). En dat maakt dat ik deze film erg kan waarderen, hij wordt nooit zo cheesy of overdreven dat ik me ga zitten ergeren. Dat betekent natuurlijk niet dat het niet cheesy is! Maar cheesy hoeft niet per sé slecht te zijn. Voor mij geldt: als ik maar weet dat het daarom gaat, kan ik het wel waarderen. Mits met mate hè. Maar als me iets anders wordt voorgeschoteld (bijvoorbeeld sci-fi) en het blijkt toch cheesy te zijn (Super 8), dan word ik boos!

Nog even het verhaal, dat is lekker simpel. Man strandt op luchthaven en moet daar overleven. The end. Nou ja, er is natuurlijk wel iets meer. De man komt namelijk vast te zitten doordat zijn land uit elkaar valt op het moment dat hij in Amerika landt waardoor zijn visum niet meer geldig is. Omdat zijn paspoort ook niet meer geldig is, kan hij ook niet terug. Hij valt dus (niet letterlijk!) tussen wal en schip. Tom Hanks zou Tom Hanks niet zijn als hij niet de braafheid zelve is, dus hij blijft braaf op het vliegveld en door allerlei slimmigheidjes bouwt hij een soort van leven op. En dat is, in combinatie met de quirky vertolking door Tom Hanks, soms best grappig. Als je je er aan kunt overgeven.

Als je je er aan kunt overgeven. Dat is het belangrijkste bij deze film. Als je je hoofd kunt uitzetten en je mee kunt laten voeren door het feelgood verhaal, is het een mooie film. Vol met slimme analogieën zoals het wachten van de verschillende karakters. Ook lijkt deze film wat te willen zeggen over immigratiebeleid en het beeld van immigranten. Waar je in de eerste instantie denkt dat de hoofdrolspeler nogal dom is (hij spreekt niet eens Engels!), blijkt steeds meer dat het hier gaat om een intelligente man met smaak en vele competenties. En dat is weer een mooie analogie tussen het karakter en de film als geheel, 7½ uit 10.

vrijdag 11 november 2011

Conan The Barbarian (2011)




Conan The Barbarian is een remake van de gelijknamige film Conan The Barbarian uit 1982. Toentertijd met Arnold Schwarzenegger en zijn eerste grote film. Nu met Jason Momoa (Khal Drogo uit Game Of Thrones) en ook zijn eerste grote film. In ieder geval in budget. Want waar de 1982 versie mijn boeken in is gegaan als cult-klassieker, zal de 2011 versie niet de boeken ingaan. Om met wat meer zekerheid te kunnen schrijven, heb ik beide versies gekeken. Eigenlijk had ik ook het vervolg, Conan The Destroyer (1984), en het officieuze vervolg, Red Sonja (1985), moeten kijken om het plaatje compleet te hebben, maar dat komt misschien nog. Je kunt niet bezig blijven hè! Dat zeggen ze in ieder geval. En daar ben ik het hartgrondig mee eens.

De versie uit 1982 is een, om in computertermen te spreken, RPG adventure. Dus: je begint in je eentje en moet in de loop van het spel wapens verzamelen, kracht opbouwen en mensen overtuigen om zich bij je aan te sluiten. Het liefst een vrouw, een dief en een magiër. En dat allemaal in het kader van een queeste. In dit geval het doden van de leider van een enge slangencultus die verantwoordelijk is voor de dood van de vader van de held. Het fijne van zo’n soort verhaal vind ik dat niet alles uitgelegd hoeft te worden. Daarnaast laat het gammele acteerwerk in combinatie met een algemeen gedateerd uiterlijk veel ruimte om je fantasie de vrije loop te laten. Gooi Schwarzenegger in de mix en je hebt cult.

Bij het uitkomen van de nieuwe versie vroeg ik me meteen af: Waarom hebben ze een remake gemaakt van deze film? Een nobele reden zou zijn omdat de maker groot fan is van het origineel en deze wil verbeteren. In dit geval zou dat hetzelfde zijn als tegen een liefhebber van vinyl zegt: Je moet de cd luisteren, dan is het geluid veel beter! Dat kan het dus niet zijn. Een andere nobele reden is dat de maker groot fan is en de film in een modern jasje wil steken. Maar dat is ook niet het geval. Alhoewel duidelijk een remake, wijkt de nieuwe versie op een groot aantal essentiële punten af van het origineel. Door zoveel te verschillen van het origineel, wordt bij mij vooral de suggestie gewekt dat de naam Conan The Barbarian vooral gebruikt is vanwege de naamsbekendheid.

Geen nobele redenen dus. Wel kwaadaardige! Namelijk het koelbloedig verdienen van keiharde pegels! Cash, poen, geld, dinero, doekoe, euries, knaken, pecunia! En dat verdien je niet met interessante films. Wel met uitgekauwde verhaaltjes met overdonderende actie en een sexy hoofdrolspeler. En opvallend bloederig, dat past dan misschien niet helemaal in het hele PG-13 verhaal. De film krijgt dan ook een R-rating (17+), het enige pluspunt. Als je van rechttoe rechtaan actie houdt, is dit de film voor jou. Als je enige verwachtingen hebt, laat hem dan vooral liggen: 5 uit 10.

woensdag 9 november 2011

Balada Triste De Trompeta (2010) [The Last Circus]




Een duister liefdesdrama. En dat terwijl ik een vreemde horror-komedie had verwacht. Als mijn verwachtingen zo de plank misslaan, kan ik meestal niet meer goed in de film komen. En dat was nu ook het geval. Zeg ik dat vaak?

Wat ik van deze film moet maken, ik weet het niet. (dat heb ik wel eerder gezegd) Het verhaal gaat over een clown die door tragische gebeurtenissen alleen nog maar een treurige clown wil zijn. Hij wordt verliefd op de vriendin van een vrolijke clown. De vrolijke clown is echter alleen vrolijk binnen het circus, daarbuiten is het een alcoholist die zijn vriendin zwaar mishandeld. Dit verhaal kabbelt zo’n beetje drie kwartier voort tot het moment dat de verdrietige clown door het lint gaat en de vrolijke clown finaal in elkaar slaat. Met gruwelijke gevolgen. De beide clowns worden gek terwijl de verdrietige clown de jacht op de vrolijke clown hervat. Zonder dat het grappig wordt.

Ik krijg er hoofdpijn bij. Ondanks het betrekkelijk gewone liefdesverhaal van een driehoeksliefde is de rest van de film nogal vreemd. Waarom het moet gaan over een circus en clowns, ik zou het niet weten. Verder speelt het regime van Franco door het verhaal heen. Wat het ertoe doet, Joost mag het weten! Dus vraag het aan Joost. Wil de film me wat vertellen? Ik kan het niet bedenken en dat verveelt me.

Het is wel mooi met deze film. Waarschijnlijk gaat het ergens over, waarschijnlijk is het een goede film en velen vinden hem vast interessant. Ik zat zeker net de andere kant op te kijken. Wel mooie beelden en beide clowns zien er op het einde zeer indrukwekkend en angstaanjagend uit. Een dikke 5 uit 10, het is aan mij voorbij gegaan. Misschien geef ik hem ooit nog een tweede kans.

dinsdag 8 november 2011

Rubber (2010)


In een woestijnachtige omgeving staat een nogal sullige man met in elke hand een tros verrekijkers. Er komt een auto aanrijden die voorzichtig een aantal nogal gammele stoeltjes omverrijdt die over de zandweg verspreid staan. Als de auto stopt, stapt een politieagent uit de kofferbak. Hij loopt op het publiek af en legt hen uit, terwijl hij in de camera kijkt, dat bijna alle films voor een groot deel bestaan uit “zonder reden”. Vervolgens stapt hij weer in de kofferbak en de auto rijdt weg. De mensen in het publiek krijgen van de sullige man een verrekijker en de film begint.

Vreemd? Ja, behoorlijk. Maar het wordt gelukkig nog vreemder. Want het publiek ziet door hun verrekijkers dat verderop in de woestijn op een vuilnisbelt een rubberen autoband tot leven komt. Hij klimt uit het zand en leert te rollen. Dan ontdekt de autoband zijn moordlustige neigingen. Het begint onschuldig. Eerst rolt hij over een plastic flesje en een schorpioen. Maar als hij een bierflesje wil vernietigen, merkt de band dat hij niet genoeg gewicht heeft. Hij wordt woedend en door telekinetische krachten laat hij het flesje uiteen spatten. Vrolijk verder rollend komt hij een konijntje en een vogel tegen die hetzelfde lot ondergaan. De moordzucht van de rubberband escaleert als hij een stoffig dorpje binnenrolt en daar de mensen begint te vermoorden.

Maar daar blijft het niet bij. Want halverwege het verhaal wordt de film zelfbewust. Op dat moment zijn er eigenlijk drie films tegelijk bezig: de film die ik zit te kijken, de film die het publiek zit te kijken en de film die de acteurs ondergaan. Eigenlijk te ingewikkeld om in woorden uit te leggen.

De film combineert absurdisme en magisch realisme met een snufje horror zonder dat de film spannend, goor of eng is. Echt grappig is het ook niet, ondanks dat idee van een levende, moordzuchtige rubberband wel echt raar is. Hier en daar moest ik wel gniffelen, bijvoorbeeld bij “autoband gaat douchen” of “autoband kijkt tv”. Ik zou deze film vooral bestempelen als een stijloefening, en in die zin is hij erg goed gelukt. Erg origineel maar op een gegeven moment wel een beetje saai. Duurt gelukkig niet lang, nog geen 80 minuten. Punten voor concept en bizarriteit: 7,5 uit 10.

maandag 7 november 2011

Enemy Of The State (1998)




Zondagavond lekker op de bank, geen gezeur, geen drama’s, niet nadenken, gewoon een relaxte film kijken. Dus wordt het Enemy Of The State van Tony Scott, niet te verwarren met zijn broer Ridley Scott. Bekend van Top Gun en Days Of Thunder met onze TommyBoy, The Last Boy Scout met Bruce Willis (altijd goed voor een vrolijke noot en vlotte actie) en Spy Game met Robert Redford en Brad Pitt. Met andere woorden: vlotte actiethrillers met bekende acteurs die meestal garant staan voor prima oppervlakkig vermaak. Een genre speciaal gemaakt voor de zondagavond. Wellicht wat minder oppervlakkig en met wat meer spanning dan de films van John Woo, woehoe! Met uitzondering van Face/Off, die duidelijk meer kwaliteit had en wat mij betreft gewoon een goede actiethriller is.

Enemy Of The State is het officieuze vervolg op The Conversation. Niet alleen omdat beide gaan over afluisterpraktijken, maar vooral doordat Gene Hackman hier opnieuw de rol van Harry Caul vertolkt, alleen niet met die specifieke naam. Leuk om terug te zien dat hij nog steeds achter tralies werkt in een enorm pakhuis. Daarnaast is de scène waarin het gesprek tussen Will Smith en Lisa Bonet wordt afgeluisterd een mooie ode aan het centrale gesprek in The Conversation. Will Smith is natuurlijk de held van het verhaal en bewijst in deze film opnieuw dat hij nooit volledig in zijn rol opgaat zodat je meteen denkt: hee, dat is Will Smith.

Over het verhaal zeg ik niet teveel want het is leuker om zelf een beetje verrast te worden, waar mogelijk. Het gaat in ieder geval over een advocaat (Smith) die ongemerkt een, voor een bepaalde politicus, zeer belastende video in handen krijgt. Omdat Smith zelf niet weet dat hij de videoband heeft en de desbetreffende politicus niet weet dat Smith niet weet dat hij de video heeft, zet hij al zijn afluistertechnieken in om de band op het spoor te komen. En daarmee begint een gevaarlijk kat en muisspel…

Ondanks mijn cynische noot door het hergebruiken van eerdere reviews, is dit best een goede film. In ieder geval spannend en met een redelijk verassende ontknoping. Daarnaast heeft de regisseur hier en daar wat maatschappijkritische noten toegevoegd. Natuurlijk over het gevaar van afluisteren (veiligheid boven privacy, hoe actueel!) en ergens ook over het gevaar van blindelinge volgzaamheid. Ik raad aan om eerst The Conversation te kijken en daarna Enemy Of The State omdat je zo een mooi beeld krijgt van hoe Hollywoodfilms zich in bijna een kwart eeuw hebben ontwikkeld en de-ontwikkeld. Zeveneneenhalf uit 10 waarbij ik The Conversation upgrade naar een 8.

zondag 6 november 2011

Paycheck (2003)




Zondagmiddag lekker op de bank, geen gezeur, geen drama’s, niet nadenken, gewoon een relaxte film kijken. Dus wordt het Paycheck van John Woo, woehoe! Bekend van Hard Target met Jean-Claude, Broken Arrow met Travolta en Slater, Mission: Impossible II met onze TommyBoy en natuurlijk Face/Off. Met andere woorden: vlotte actie met bekende acteurs die meestal garant staan voor prima oppervlakkig vermaak. Een genre speciaal gemaakt voor de zondagmiddag. Wellicht met een uitzondering van Face/Off, die duidelijk meer kwaliteit had en wat mij betreft gewoon een goede actiethriller is.

Paycheck past prima in het rijtje van John Woo, beter dan Broken Arrow maar minder goed dan Face/Off. Gelukkig ook niet echt spannend, dat vind ik nogal vermoeiend op de zondagmiddag. Verder alle verplichte elementen: bekende acteurs (Ben Affleck voor de dames en Uma Thurman voor de heren), gereld gevechten (met de vuist, stok of een pistool), achtervolgingen (met verplicht ontploffende auto’s), een dun romantisch verhaaltje en wat sci-fi elementen. Goed roeren in de filmstudio, hier en daar een snufje CGI, voldoende laten pruttelen in de edit-kamer en presto!

Over het verhaal zeg ik niet teveel want het is leuker om zelf een beetje verrast te worden, waar mogelijk. Het gaat in ieder geval over een techneut (Affleck) die voor verschillende opdrachtgevers technische hoogstandjes jat en aanpast om zo de concurrent te snel af te zijn. Om niet vervolgd te kunnen worden wegens diefstal en weet ik niet wat, laat Affleck na elke operatie zijn geheugen wissen zodat hij zich er niks van herinneren. Ideaal! Als dat ook zou kunnen met pijnlijke gebeurtenissen uit je jeugd, zou de psychotherapie totaal overbodig worden. Ideetje misschien? Het gaat mis met de held als hij een opdracht aanneemt waarbij hij drie jaar van zijn geheugen moet laten wissen.

Gegoochel met herinneringen en tijd is een dankbaar onderwerp om een actie/thriller/sci-fi aan op te hangen en in dit geval vond ik het redelijk origineel gedaan. Niet nadenken over wat wel en niet kan, het is geen documentaire hè! Zak chips, cola of een biertje erbij en je hebt twee ontspannen uurtjes op de bank, 7 uit 10.

zaterdag 5 november 2011

The Conversation (1974)




The Conversation gaat over professioneel afluisteraar Harry Caul (Gene Hackman). Hij krijgt de opdracht om een gesprek tussen een onbekende man en vrouw af te luisteren en op te nemen. In de eerste instantie lijkt het gesprek nergens over te gaan. Door de opnames vaker te beluisteren en op te poetsen, krijgt Caul steeds meer het gevoel dat het leven van de man en vrouw in gevaar is. En dan wil hij voorkomen dat de opnames in handen komen van zijn opdrachtgever.

Ik zou de film categoriseren als een “whodunnit”. Hij wijkt echter af van andere films in dit genre. Aan de oppervlakte is de film namelijk nogal saai en niet heel spannend. Het is meer de sfeer van de film die het interessant maakt. Ik kan niet goed definiëren wat het precies is, maar de film is zo gemaakt dat de kijker ook een afluisteraar en toeschouwer wordt. Je moet bijvoorbeeld steeds goed luisteren en opletten om belangrijke informatie niet te missen. Net als de hoofdrolspeler. Het grote verschil met andere films in dit genre zit hem wellicht in de keuze van de hoofdrolspeler. Want dat is meestal de afgeluisterde!

Niet alleen de manier van het in beeld brengen van het verhaal creëert afstand. Ook de manier waarop het personage Harry Caul in beeld wordt gebracht, creëert afstand. Caul is een afstandelijke, sociaal onhandige en paranoïde man die altijd een doorzichtige plastic regenjas aanheeft. Hij denkt puur rationeel en schuift verantwoordelijkheid af door te zeggen: Ik ben niet verantwoordelijk voor wat de opdrachtgevers doen met mijn opnames. In de huidige afluisterzaak gaat hij daar echter anders over te denken. Er speelt ook een conflict tussen zijn geloof, zijn paranoia en de aard van zijn werk. Over het algemeen kun je je door dergelijke conflicten beter identificeren met het personage. Maar dat is bij deze film niet het geval omdat de conflicten in gedrag niet leiden tot een innerlijk conflict. En dat werkt vervreemdend en creëert afstand. Je mag niet meekijken in de innerlijke belevingswereld van Harry Caul.

Twee jaar geleden heb ik deze film gedraaid in de MovieTuesday. Toen vond ik hem vervreemdend en niet geschikt om doorheen te praten. Wat we natuurlijk wel uitgebreid deden. Reden om hem nog een keer te kijken dus. En wat mij betreft de moeite waard, want alhoewel niet spectaculair, is hij wel filmisch interessant. Ik overweeg om hem nog een keer te kijken. Vorige keer 5 uit 10, nu 7,5 uit 10.

vrijdag 4 november 2011

Apollo 18 (2011)




Gaaaaaaaaaap. Wat een slaapverwekkende boel zeg. En saai. Hoe kan ik hier überhaupt een hele review over schrijven? Iets zinnigs weet ik eigenlijk niet te zeggen. Wat kun je er wel over zeggen? Weinig. Ja, dat snap ik, maar weinig is niet niks. Nee, weinig is niet niks. Je kunt er dus wel iets over zeggen? Ja, ik kan er wel iets over zeggen. Maar niet veel.

Het verhaal is klein, drie astronauten gaan richting maan. Eentje blijft in een baan cirkelen, twee landen erop. En doen daar wat onderzoek. = Stenen oprapen. Waarom je daar mensen voor naar de maan moet sturen, is mij een raadsel. Kan zo’n wagentje volgens mij ook prima. Voor het verhaal zijn de mensen wel essentieel, anders zou het gaan over een wagentje op de maan die stenen opraapt. En dat zou wellicht een beetje raar zijn. Ik had het wel grappig gevonden, in ieder geval origineler dan wat het nu geworden is.

Maar goed, het verhaal. Geen autootje op de maan maar twee mannetjes. En dan blijkt het toch niet helemaal pluis te zijn op de maan! Beweegt daar nou iets? Wat hoor ik voor mysterieus geluid? En wat voelen die maanstenen vreemd aan! Spannend hè?

Dit soort films zijn er ook weer dertien in een dozijn en deze is niet het gouden ei van moeder de gans. De makers hebben wat spanning proberen toe te voegen door de film in het concept van een documentaire te gieten. Dus: deze beelden zijn teruggevonden en daar hebben we een filmpie van gemaakt. Dat werkt realisme verhogend. NOT. Flikker toch op met je beestjes op de maan. Ik vind het ook een belediging voor de kijker trouwens. Net alsof die niet in staat zou zijn om zich mee te laten voeren door het verhaal. Daar ga je toch voor naar de film?!

Opvallend genoeg heb ik me ook niet geërgerd. Want door er niks in te stoppen, was er ook weinig om me aan te ergeren. Vijf uit tien.

woensdag 2 november 2011

The Fifth Element (1997)




Misschien is dit wel mijn favoriete film. In ieder geval in het genre “luchtig vermaak”. Het is niet de beste film die ooit gemaakt is, maar wellicht wel de leukste. En het is leuk omdat het een modern sprookje is. En wie houdt er nou niet van sprookjes! Ik moet hierbij trouwens meteen aan Star Wars denken, dat is eigenlijk ook een modern sprookje, niet?

Wat de film verder zo leuk en goed maakt, is dat het plezier ervan afstraalt en alles zo over-the-top is. Maar dan wel goed uitgevoerd. Want het risico van overdreven of grotesk is dat het snel belachelijk wordt. Vaak wordt volgens mij de fout gemaakt om het overdrevene, groteske maar ook vooral futuristische te combineren met de realiteit. En dan wordt het snel ongeloofwaardig. Daar deze film geen poging doet realistisch te zijn, laat ik me gemakkelijk meevoeren in de wereld van goddelijke buitenaardse wezens en de eeuwige strijd tussen het goed en het kwaad.

En in welke film vind je zo’n goede combinatie van supers? Superheld Bruce Willis is altijd goed voor een vrolijke noot en vlotte actie. Gary Oldman is de superschurk en bewijst in deze film opnieuw dat hij volledig in zijn rol opgaat zodat je niet in de eerste instantie denkt: hee, dat is Gary Oldman. Dan is er nog superfreak Chris Tucker die een zeer goede impersonatie doet van Prince on speed. Nog meer supers? Jawel, super evil! En geen gedoe hier met boze mannen in maskers. Nee, gewoon een enorme planeet van kokend lava zonder motieven of andere slappe achtergrondverhaaltjes. En tenslotte nog Milla Jovovich, de supermooie vertolking van alle het goede/goddelijke.

Afgezien van alle supers in de acteurs, zitten de supers ook in de decors en natuurlijk de kostuums. Want niemand anders dan Jean Paul Gaultier is verantwoordelijk voor de bizarre, superfuturistische outfits. Hij maakt wat mij betreft één misser: Diva Plavalaguna. Steeds als ik de film kijk, word ik bij de operascène uit het verhaal gerukt en kan ik een cynische grijns niet onderdrukken. Want alhoewel ik de muziek erg ontroerend vind, wordt het me echt teveel als ik die SMURF op het toneel zie staan. En niet zomaar een smurf, een smurf die het bed heeft gedeeld met een van de monsters uit Alien. En dan het dansje en slechte playbacken op het moment dat het klassieke gedeelte overgaat in opera-house! Nee, daar pas ik voor.

Geen gezeik aan de dijk, de Diva is niet lang in beeld en ik krijg daarna weer een portie vrolijke actie voorgeschoteld. En uiteindelijke is er de ontroerende slotscène waarin blijkt dat alleen liefde al het kwaad overwint. Dat is toch prachtig sprookje? Negen uit tien.

dinsdag 1 november 2011

The People vs. George Lucas (2010)




De oplettende lezer zal waarschijnlijk opvallen dat dit de tweede film is met betrekking op Star Wars die ik in korte tijd review. Dat is toeval. Ik ben geen die-hard Star Wars aanhanger. Of toch? Ik heb wel de originele versies van de eerste drie delen, zonder opgepoetste opsmuk. Maar ik ga niet in een Imperial Trooper-pak alle beurzen af en ik wacht ook geen dagen in de kou in afwachting van een nieuw speeltje. Wat hele volksstammen wel schijnen te doen.

Voor wie het niet weet, George Lucas is de bedenker en maker van de Star Wars zesologie. Al direct na het uitkomen van het eerste deel leidde Star Wars tot een gigantische hype, ongeëvenaard door welk ander popcultuur fenomeen dan ook. De hype vertaalt zich in hordes mensen die nachten voor het uitkomen van de tweede trilogie in de rij staan om als eerste erbij te kunnen zijn. Het wordt ook zichtbaar in de bizarre hoeveelheid Star Wars speelgoed die verkocht is en nog steeds te koop is. Check ebay eens zou ik zeggen. Dan zijn er nog de enorme beurzen en verkleedpartijen. En tenslotte nog een ontelbaar aantal fanedits en fan-remakes van de zes films. Ongekend.

Maar de fans zijn boos. En terecht! Want wat heeft George Lucas gedaan? Hij heeft de eerste drie delen “verbeterd”: opgepoetst en aangevuld met CGI. En niet ten goede volgens de fans, de originele sfeer zou daarbij verloren zijn gegaan. Om de “verbetering” te kunnen doen, zou Lucas volgens eigen zeggen de originele negatieven hebben vernietigd. En dat terwijl hij eind jaren tachtig bij een hoge instantie nog een verklaring had afgelegd waarin hij pleitte tegen het inkleuren van zwart-wit films omdat het vernietiging van de geschiedenis zou zijn! Daarna ging het verder bergaf met de beste man toen hij de tweede trilogie uitbracht. Ik herinner de lezer onder andere aan Jar Jar Binks en de uitleg van “The Force” als zijnde iets met moleculen en mitochondriën. Wat een kul, wat een prut.

De film geeft een mooi beeld van de enorme hype achter Star Wars. En gelukkig allemaal niet al te serieus, alhoewel de fans volop fulmineren en hun frustratie de vrije loop laten. Er is ruim voldoende zelfspot om het geheel vooral grappig te maken. Ik moest in ieder geval een paar keer hard lachen. De film eindigt met een mooie analogie tussen George Lucas en Darth Vader. In een poging te beschermen wat ze het meest liefhebben, hebben ze het vernietigd.

Vind je de opgepoetste versies tekort doen aan de originelen? Vind je de tweede trilogie grote bagger? Haat je Jar Jar Binks? Ben je een nitpicker? Ga kijken, ga kijken! Negen uit tien.